Het basisprogramma van de Interculturele NLP Practitioner opleiding bestaat uit de hieronder beschreven onderdelen.
De vooronderstellingen waarop NLP is gebaseerd.
NLP Doelkader
Huidige en gewenste situatie, werken met hulpbronnen en afstemmen op de toekomst.
Vijf formele vormvoorwaarden voor doelen.
De TOTE: een cybernetisch model voor doelgericht handelen.
De structuur van de subjectieve ervaring: de samenhang tussen waarneming van de context, extern gedrag, emotionele toestand, denken en overtuigingen.
Criteria en de hiërarchie van criteria.
Veranderingstechnieken
Ten minste drie manieren van patroonherkenning/reframing.
Meerdere manieren om hulpbronnen op te roepen, te verankeren en te activeren: Circle of Excellence, collapsing achors, Change History.
Waarnemingstechnieken
Het ijken van non-verbale reacties (calibratie);
leren zien in welke innerlijke toestand iemand op een gegeven moment is.
Zintuiglijke weergavesystemen: visueel, auditief, kinesthetisch, gustatorisch en olfactorisch.
Submodaliteiten: ervaringen veranderen door zintuiglijke kwaliteiten ervan te veranderen.
Predicaten en oogbewegingen: gedragingen die aangeven in welk systeem iemand zit.
Congruentie en incongruentie.
Patrooonherkenning en modellen
Vastellen van innerlijke strategieën; analyseren met welke denkstappen iemand een bepaald positief of negatief effect bereikt bij zichzelf.
Motivatiestrategieën.
Creativiteitsstrategieën.
Leerpatronen.
Sorteerstijlen (optioneel).
Communicatie en gedeelten
Zes-staps reframing; b.v. de onbewuste motivatie achter ongewenst gedrag opsporen en de uiting daarvan veranderen.
Onderhandelen tussen delen: een model voor het oplossen van (innerlijke) conflicten.
Overeenstemming zoeken op het niveau van de criteria.
Werken met metaforen: het gebruik van metaforen als veranderingspatroon en organiserend kader.
Tijdsordening
De persoonlijke tijdlijn: een (visuele) weergave van verleden, heden en toekomst als kader voor NLP-interventies.
Meervoudige waarneming
Associëren en dissociëren: ervaringen herbeleven of ze op afstand houden.
Meervoudige waarnemingsposities.
Hierarchie van logische niveau’s.
Basisvaardigheden
Rapport: het vermogen tot afstemmen en leiden in verschillende kanalen, zoals criteria, woordkeus, zintuiglijke voorkeur, houding, gebaren en ademhaling.
Matchen & mismatchen.
Volgen en leiden (Pacing and Leading).
Taalpatronen
Metamodel
Miltonmodel, gerelateerd aan de vooronderstellingen van NLP.